28 december 2019
Sommige mensen noteren welke boeken ze hebben gelezen.
Zelf ben ik daar nu ook maar eens mee begonnen. De eerste
titel die ik in mijn schriftje schreef was ‘De opstand van de
massamens’ van de Spaanse filosoof José Ortega y Gasset,
waarmee ik onze tijd wat beter hoopte te begrijpen. Ook las ik
‘Entre libros’ van Patrick Tuite Briales, die vanuit verrassend
perspectief een boekhandelsjubileum beziet. Daarna volgde
‘Held zonder vaderland’ van Miriam Guensberg, dat ik cadeau
kreeg van de auteur. Op geheel eigen wijze vertelt ze over het
levenslot en de veerkracht van haar Pools-joodse vader. Verder
heb ik recent George Orwells ‘1984’ in het Engels herlezen.
Net toen mijn lijst een wel heel pretentieus geurtje begon te
krijgen, zag ik op Eerste Kerstdag een boek liggen in de
logeerkamer van mijn vader. Ik begon te lezen en verscheen op
Tweede Kerstdag pas na tienen aan de koffie. Schitterend!
Hoewel Uit den Boogaard al in 1936 met zijn bekende reeks
begon, bleek de tekst opvallend tijdloos. Wel komen er
woorden in voor als ‘pince-nez’ en ‘freule’, wat nog weer eens
illustreert hoe kinderen die lezen ongemerkt hun
woordenschat verrijken.
Met genoegen heb ik ‘Baron Swiebertje’ toegevoegd in mijn
schrift.