15 oktober 2019 In het jaar 2000 nam ik deel aan de Literatuurexpress, een treinreis van zes weken met honderd schrijvers uit alle Europese taalgebieden. Nu een van die honderd, Bernardine Evaristo, samen met Margaret Atwood de Booker Prize heeft ontvangen, heb ik eens nagekeken of zij ook voorkomt in mijn aantekeningen. Nou, dat blijkt zo te zijn. Onze reis begon in Lissabon, uit alle hoeken van Europa werden we aangevlogen. Vrienden uit Nederland hadden me drie adviezen meegegeven: 1) kijk uit met de mannen, ga er niet op in. 2) Zorg dat je niet aan de drank raakt, die schrijvers drinken als gekken, en 3) bedenk een alinea over jezelf die je telkens kunt ophoesten, zodat je op z’n Amerikaans reclame voor jezelf kunt maken. Wat een vooroordelen, dacht ik. Maar in de bus van het vliegveld naar het hotel werd er al een heupfles drank doorgegeven en eenmaal in de lobby kwam een auteur uit Belgrado zich aan mij voorstellen. ‘Ik ken je biografie,’ zei hij, ‘ik weet alles van je.’ Ik vond het een grappige manier van flirten. De volgende dag werd het officiële programma geopend door ‘De Nobelprijs’, zoals hij consequent werd genoemd, Jose Saramago. Een oude, traag schrijdende man met een vreemde gelaatskleur, waardig en ernstig. Toen hij het woord nam, werd iedere zin door een rijtje vertalers opeenvolgend in het Engels, Duits en Russisch vertaald. Ik onthield er vooral van dat we honderd menselijke territoria waren, en dat Saramago hoopte dat we gelukkig en vreedzaam terug zouden keren. Bij een ‘Nobelprijs’ heb je dan meteen het gevoel dat er een diepere laag onder zit, noteerde ik in mijn dagboek. Lissabon was vol paarse bloemen. Onze hele groep werd naar een uitzichtpunt gebracht, waar we over bloeiende bougain- ville heen de stad zagen liggen. Terwijl ik daar stond, in een verheven stemming omdat dit alles mij overkwam, stelde Bernardine Evaristo, zo vertelt het dagboek, me een praktische vraag. Ook zij bleek niet vrij van vooroordelen te zijn: ze ging ervan uit dat ik een medewerker van de organisatie was. Later hebben we elkaar beter leren kennen en zijn we elkaar wederzijds serieus gaan nemen. Ik vermoed dat alle deelnemers aan de Literatuurexpress heel erg hard hebben zitten hopen dat juist zij deze belangrijke prijs uit het Engelse taalgebied zou krijgen. Dazzling!

MARIËT MEESTER

15 oktober 2019 In het jaar 2000 nam ik deel aan de Literatuurexpress, een treinreis van zes weken met honderd schrijvers uit alle Europese taalgebieden. Nu een van die honderd, Bernardine Evaristo, samen met Margaret Atwood de Booker Prize heeft ontvangen, heb ik eens nagekeken of zij ook voorkomt in mijn aantekeningen. Nou, dat blijkt zo te zijn. Onze reis begon in Lissabon, uit alle hoeken van Europa werden we aangevlogen. Vrienden uit Nederland hadden me drie adviezen meegegeven: 1) kijk uit met de mannen, ga er niet op in. 2) Zorg dat je niet aan de drank raakt, die schrijvers drinken als gekken, en 3) bedenk een alinea over jezelf die je telkens kunt ophoesten, zodat je op z’n Amerikaans reclame voor jezelf kunt maken. Wat een vooroordelen, dacht ik. Maar in de bus van het vliegveld naar het hotel werd er al een heupfles drank doorgegeven en eenmaal in de lobby kwam een auteur uit Belgrado zich aan mij voorstellen. ‘Ik ken je biografie,’ zei hij, ‘ik weet alles van je.’ Ik vond het een grappige manier van flirten. De volgende dag werd het officiële programma geopend door ‘De Nobelprijs’, zoals hij consequent werd genoemd, Jose Saramago. Een oude, traag schrijdende man met een vreemde gelaatskleur, waardig en ernstig. Toen hij het woord nam, werd iedere zin door een rijtje vertalers opeenvolgend in het Engels, Duits en Russisch vertaald. Ik onthield er vooral van dat we honderd menselijke territoria waren, en dat Saramago hoopte dat we gelukkig en vreedzaam terug zouden keren. Bij een ‘Nobelprijs’ heb je dan meteen het gevoel dat er een diepere laag onder zit, noteerde ik in mijn dagboek. Lissabon was vol paarse bloemen. Onze hele groep werd naar een uitzichtpunt gebracht, waar we over bloeiende bougain-ville heen de stad zagen liggen. Terwijl ik daar stond, in een verheven stemming omdat dit alles mij overkwam, stelde Bernardine Evaristo, zo vertelt het dagboek, me een praktische vraag. Ook zij bleek niet vrij van vooroordelen te zijn: ze ging ervan uit dat ik een medewerker van de organisatie was. Later hebben we elkaar beter leren kennen en zijn we elkaar wederzijds serieus gaan nemen. Ik vermoed dat alle deelnemers aan de Literatuurexpress heel erg hard hebben zitten hopen dat juist zij deze belangrijke prijs uit het Engelse taalgebied zou krijgen. Dazzling!